Een doline is een ronde laagte die ontstaan doordat kalkrijk gesteente in de ondergrond oplost.
In gebieden waar kalkafzettingen voorkomen, geven trechtervormige kuilen de plaatsen aan waar in de ondergrond de kalksteen in het regenwater is opgelost. Daardoor zijn cilindervormige holten ontstaan, die als een schoorsteen door het gesteente lopen. Zo’n geologisch verschijnsel wordt ook Orgelpijp genoemd. Zij kan gevuld zijn, doordat het materiaal dat op de kalksteen ligt, erin is weggezakt. Bij ontsluitingen in de vorm van groeves zijn dolines hier en daar goed zichtbaar als terreinlaagtes met een doorsnee tot enige tientallen meters, bij een diepte tot vier à vijf meter.
Dolines komen in Nederland voor in het kalkgebeid van Limburg. Mooie voorbeelden zijn te vinden in het Bovenste Bosch ten zuidwesten van het dorp Epen bij Heijenrath.